Mijn ogen rusten telkens op de zilveren knoppen van de
Esdoorn, dicht aan de Linge is zijn thuis. Minnend verdrinken zijn wortels in
het water terwijl het water hem zachtjes streelt. Opnieuw wordt een nieuw leven
geboren. Zonder herinneringen naar het verleden. Zonder verwachtingen naar het
heden. De Esdoorn staat daar waar hij zich heeft gezeteld roerloos in zijn
vorstelijk zijn. Ik bewonder zijn stilstaande aanwezigheid zoals hij in het
heden vertoefd. Ik kan dat niet, ik ben geen boom. Ik moet mij juist voortbewegen
om in het nu te zijn.
Een week geleden startte ik elke morgen de camper. Zodra de
motor ging draaien en het logge gevaarte in beweging werd gezet, bevond ik me
in het heden. Snijdend door de tijd was ik in het nu. Ik kon me geen zorgen
maken over het stof dat in de camper rond dwarrelde. Het moeten was uitgesloten
want alleen het reizen deed er toe. Met wapperende haren en een leeg hoofd
ontstond er ruimte voor nieuwe ideeën. De verzamelde indrukken maakte me blij. Ik
hield me vast aan het reizen. Verslaafd aan het nu balanceerde ik tussen het verleden
en de toekomst.
Nu sta ik stil. De motor van het heden is uitgezet.
Het verleden heeft me ingehaald en ik vraag me af wat de toekomst me zal
brengen. Ik schud mijn schouders los als ik kijk naar de takken van de Esdoorn.
Mijn gedachtes vliegen overal heen omdat de middelpuntzoekende kracht is
verdwenen. Er moet een manier zijn om zonder beweging weer in het heden te
komen. Leer mij van jouw onafhankelijk bestaan. Wieg me in jouw armen. Geef me
het prille begin van het heden en ik groei samen met jou naar het nu.
Ik kan alleen maar schrijven, heel mooi!
BeantwoordenVerwijderen