woensdag 23 december 2015

MOEDERTJE NATUUR


Heel heel lang geleden leefde familie Titanosaurus in de uitgestrekte vlakten van Mongolië. Mama langnek had een nest eieren ingegraven in een zoutmeer van de Gobiwoestijn waarvan een ei een tikkeltje groter was dan alle anderen. Na een barre winter wilde alleen dit ei uitkomen en werd Marino geboren.
‘Marino?’ vroeg vader.
‘Jazeker…’ zei moeder, ‘ter herinnering aan deze droge zee waar zelfs een ei wilde uitkomen.’
Vader knikte zijn dertig meter lange nek en liep een rondje van 500 km om zijn vrouw eten te brengen voordat het gezin met de kleine Marino verder kon trekken. Na een aantal weken kroop Marino uit het nest vandaan. Het was nog veel te vroeg om de wijde wereld in te trekken maar toen
pa en ma Titanosaurus nieuwsgierig naar hun aanwinst keken konden ze hun ogen niet geloven.
‘Wat is ie groot?’ riep vader verbaasd.
‘Mijn grote vent…’ zuchtte moeder terwijl ze zich zorgen maakte dat haar enige zoon op een dag al stampend en spelend in de scheurende aarde zou verdwijnen.
Marino groeide gelukkig op ondanks zijn vreemde eigenschap als landdier, zijn fascinatie voor water. Terwijl pa en ma Titanosaurus de aarde tot bergen en dalen stampten en bomen uit de grond rukten speurde Marino zijn omgeving af waar de continenten overgingen in vloeibare dieptes. Dromerig volgde hij zijn gevoelige neus en zwiepte met zijn dertig meter lange staart en net zo lange nek slungelig heen en weer. Aan zijn vier enorme poten was te zien dat hij zijn vader gigantisch voorbij zou groeien. Zo’n grote langnek hadden zijn ouders nog nooit gezien.
Toen pa Titanosaurus Marino weer moest zoeken ergens bij de Grote Oceaan zo’n 1000 km verderop begon hij te twijfelen of hij wel de vader was.
‘Waarom heet hij Marino?’ vroeg hij zijn vrouw wantrouwend.
‘Dat weet je toch, hij komt van zee en hij gaat naar zee,’ zuchtte ze ontdaan.
Maar hij geloofde zijn vrouw niet meer want hij was jaloers geworden op zijn ontzaglijke zoon die hij overal achtervolgde. Marino moest van hem overdreven veel bomen uit de grond trekken en tonnen struiken verzamelen voor het avondeten. Zijn jonge spieren raakte overbelast en de druk van zijn vader dreef hem tot wanhoop.
‘Ik zal hem leren…’ riep vader hysterisch.
‘Laat hem toch…' suste moederlief, 'misschien trouwt hij een Elastosaurus uit zee. Haar opmerking maakte haar man achterdochtiger dan ooit en ze kon zichzelf wel voor haar kop slaan.
Op een dag liep Marino langs de Grote Oceaan en vervolgde de Chinese Zuidkust naar Kazachstan waar de oceaan overging in de Tethys Zee helemaal tot Spanje. De opgesnoven zoutlucht bracht hem in trance en zijn poten bewogen automatisch voort. Pa volgde hem op de voet maar moeke kon al dat testosterongeweld niet bijhouden. Soms brak door hun ravage de aarde in tweeën en moest ze om kloven heen lopen om hun spoor weer te vinden. In Spanje kon ze op het Afrikaanse continent overstappen. Elke avond was ze uitgeput en huilde ze zichzelf in slaap.
In Afrika liep ze langs de Atlantische oceaan en schrok ze van de metershoge golven. Ze begon wat steviger door te lopen maar de achtergelaten verwoestingen en voetafdrukken waren onzichtbaar door de snijdende wind en zinderende hitte. Zoveel natuurgeweld had ze nooit eerder meegemaakt. Betoverd door Marino’s fascinatie voor water waagde ze over de stuivende zandduinen heel dicht bij de oceaan te komen. Ze tuurde over de oceaan en raakte met een teen de rand van de oceaan. Ze voelde de verbinding met haar zoon en man door haar stromen. Uit dat gevoel putte ze kracht en bleef ze mijmerend staan tot laat in de avond. De zon dook sissend onder en de maan verlichtte haar langnek. Ze wenste haar familie veiligheid en vrede toen er een reeks vallende sterren door de lucht schoot die haar als een bliksemschicht raakte.
Zelfs nu, 100 miljoen jaar later, staat haar poot rotsvast aan de Atlantische kust in het zuiden van Marokko als een steunpilaar voor iedereen die trouw blijft aan zijn of haar eigen natuur en respect heeft voor de ander.





woensdag 9 december 2015

Onaangeraakt kind


Verscholen zit ze daar in haar hijab. Als enige variatie in haar leven stemt ze elke dag haar kleding af op een andere kleur. Ze eet muizenhapjes en slokjes thee weggedoken achter de receptie. Ze is een marionet van het familiebedrijf. Iedereen denkt te weten waar ze is maar niemand die haar werkelijk ziet. Ze is onzichtbaar in haar ranke verschijning waarvan haar ogen duizenden dieptes kennen.
Ongrijpbaar beweegt ze zich door de grijze ruimte. Als ze uit haar muizenholletje schiet verblind het volle licht haar gepijnigde zintuigen. Heel even klinkt haar wanhopige stem om aandacht en sterft stilletjes weg als een dwaze muis die slechts kan piepen.
Uit het donker verspreid zich langzaam een zwarte schaduw, het is haar vader die haar mechanisch begroet. Ze verslikt zich in een broodkruimel. Terwijl ze hoest en haar handen op haar buik legt trekt er een rilling door haar heen. Ze strekt haar beklemde lijf recht en tovert een glimlach op haar gezicht. Haar enorme kracht om door te bijten is niet te omvatten.
Door de harde werkelijkheid droomt ze niet meer van prinsen op witte paarden. Eerst gluurt ze verward naar haar vader en vervolgens realiseert ze zich dat ze zich voor hem niet hoeft te verstoppen, hij ziet haar toch niet. Weet hij wel dat ze zijn dochter is? Zal ze ooit door een man worden aangeraakt?
Afkeurend kijkt ze naar haar fragiele lichaam gehuld in een verbloemd gewaad. Ze lacht erom als ze zich bedenkt dat ze straks zelfs het kleinste gat van het familiebedrijf niet kan vullen. Huiverend trekt ze een vest om haar heen maar als ze me gewaarwordt kijkt ze me stralend aan.
Ik pak haar ijskoude handen en druk haar voorzichtig tegen me aan. Wiegend in elkaars armen dromen we weg over eindeloze horizonnen. Geboren uit moeder aarde verstrengelen we onze wortels. Als ik haar vertel dat zij is als een bloem in de woestijn lacht ze verlegen. Ze gelooft me niet maar haar ogen twinkelen. Ik zucht opgelucht omdat ik besef dat het onaangeraakte kind buigzaam is. Ze weet alleen nog niet hoe mooi ze is.