zondag 10 november 2013

VOORBIJ DE HORIZON


 
Elk jaar als ik in Marokko kom moet ik altijd even schakelen tussen verschillende emoties. De mannen van het land proberen alles om aan hun dagelijkse geld te komen door toeristen hun koopwaar aan te bieden. We hoeven maar even op een lege parkeerplaats stil te staan en er spruiten overal Marokkanen uit de grond. De één met kettingen van gedroogde eucalyptusvruchten, de andere met een kar vol groente en fruit en weer een andere met verse vis uit de Atlantische oceaan. Het zijn geen afgewogen of verpakte producten met een handig prijskaartje. Nee… je moet altijd gokken hoeveel je krijgt en wat het kost.
Na een half jaar moet ik weer in mijn geheugen tasten naar de prijs. De verkoper probeert met enthousiaste gebaren zijn superieure product aan te prijzen. O ja… zo ging het. Het vervelende is dat ik door de rit en de spanning naar het land over de straat van Gibraltar even het spoor bijster ben. Mijn kompas staat rondjes te draaien. De Marokkaan functioneert als een gigantische magneet waardoor ik me blindelings laat beïnvloeden. In mijn lege hersencellen vind ik vaag een zogenaamd heldere ingeving.
‘Laat ik als een doorgewinterde toerist over komen...’ dringt het langzaam tot me door. ‘Ik onderhandel de prijs van te voren af...’
Glimmend van trots valt de slimme ingeving in duigen. Ik kan namelijk nog geen verbinding maken met de prijs en de waarde van het product. Dus zeg ik spontaan ‘Ja’ terwijl Peter me stom aankijkt aangezien hij zich in een soortgelijke toestand bevindt.


Natuurlijk koop ik dan iets veel te duur. Verward praat ik dan op m’n zelf in: ‘Ach, die man heeft het harder nodig dan ik. Wat maken die extra Dirhams toch uit.’ Ik stel me dan voor dat de man een goede dag heeft. Misschien gaat hij wel eerder naar huis omdat zo’n stomme toerist er is ingetuind. In gedachte zie ik hem gniffelen.
 
Omdat mijn gevoel nog ergens boven Europa zweeft draait mijn lege brein overuren. Ik kan maar niet loslaten wat er is gebeurd. Eerst voel ik me een domme toerist. Daarna heb ik mededogen voor de verkoper. Vervolgens word ik pissig omdat ik me heb laten gebruiken. Keer op keer wordt het plaatje bij me afgespeeld. Ik raak er gefrustreerd van. Met een gemaakte glimlach en weerbarstige haren wacht ik af tot ik me weer een geheel voel.

Nog één keer koop ik mandarijnen alsof het goudklompjes zijn en zeven sardientjes voor vier euro. Uiteindelijk komt mijn gevoel weer bij me terug en vullen mijn grijze hersencellen zich met overzichtelijke gedachte. Ik laat de wind en de geur van de Oceaan mijn frustraties wegspoelen. Ik kijk vol bewondering naar de Marokkaanse familie die in alle rust de camping runt. ‘Salammaleikum…’ Enthousiast begroet ik ze met mijn tien woorden Marokkaans. Ik loop dankbaar naar de schaarse sanitaire voorzieningen die er zijn. Ik aai een zwerfkat onderweg terwijl ik de geur opsnuif van een dagelijks vuurtje van afval.
MAROKKO… ik ben weer thuisgekomen.

1 opmerking: