woensdag 2 mei 2018

Anker van licht


Elke keer als ik in Chipiona ben word ik aangetrokken door de negenenzestig meter hoge vuurtoren die het kustplaatsje zijn naam heeft gegeven. De imposante toren geeft me het gevoel van thuiskomen.
‘Land in zicht… ik heb het gehaald.’ Als een zeeman siddert de laatste vonk door mijn lijf en in een oplichtende gloed bereik ik het vaste land. Opgelucht schuifel ik langs de kust met mijn ogen gericht op de toren. ‘Nog even… en ik ben er.’
De brandende zon en de striemende wind hebben me hongerig en dorstig gemaakt. Mijn benen zwalken tussen het scheidingsgebied van de onvoorspelbare oceaan en de eerste zandkorrels onder mijn voeten. De laatste tranen veroorzaakt door het felle zonlicht vloeien uit mijn ogen.De brandende zon en de striemende wind hebben me hongerig en dorstig gemaakt. Mijn benen zwalken tussen het scheidingsgebied van de onvoorspelbare oceaan en de eerste zandkorrels onder mijn voeten. De laatste tranen veroorzaakt door het felle zonlicht vloeien uit mijn ogen.
'
Daar is hij… in volle glorie.’ Verblind door de zon hoor ik de woest beukende golven tegen zijn grondvesting slaan. Mijn hart maakt een sprongetje want precies daar waar in de Romeinse tijd de eerste ‘Turris Caepionis’ werd gebouwd prijkt inmiddels ruim 150 jaar deze vuurtoren. Het geeft me troost en houvast dat een lichtbaken nooit verloren zal gaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten